BOUWEN
Onderdelen goederenloods
Gereedschappen: Slechts een beperkt aantal gereedschappen is nodig om Artitec bouwdozen te maken: Scalpel, (heft en mesjes) vijltjes, plakband, grof schuurpapier korrel 80, Aristo geodriehoek, stalen liniaal, pincet, potlood, kras pen, secondenlijm en styreenlijm.
Breek de vliezen uit de raamopeningen, als de vliezen te dik zijn moeten ze worden uitgesneden of van achter worden weggeschuurd.
Werk de hoekjes bij met scalpel of vijl
Breek of snijd de trapjes van de gietbalkjes
Eén kozijn en schuifdeur heeft andere afmetingen dan de anderen, dit kozijn is gemerkt met een “!”
Snijdt de steunen van het laadbordes en kapspanten van de gietbalkjes. Vaak kan na enkele insnijdingen het onderdeel er afgebroken worden. Beter iets vaker insnijden dan te vroeg proberen af te breken!
Nadat de onderdelen eraf zijn moeten ze met scalpel en schuurpapier nabewerkt worden.
Nadat alle onderdelen zijn schoongemaakt, moeten de te lijmen delen enigszins worden opgeruwd met grof schuurpapier.
Alle onderdelen liggen klaar om gemonteerd te worden
Resin delen worden gelijmd met secondenlijm. Breng een kleine hoeveelheid lijm aan en zet de onderdelen in elkaar. Om haakse hoeken te krijgen is een geodriehoek handig
Nadat de vier wanden staan, plaats de laadbordes steunen en bordessen
Zet met potlood een aantal hulplijnen om de kapspanten haaks te plaatsen
Plaats de kapspanten
Plaats de stenen trap
Zet de lichtkap in elkaar indien u kiest voor loods met lichtkap
Optioneel:
Wilt u de loods inkorten tot bijvoorbeeld 3 vakken, meet dan de afstand vanaf de hoek tot aan de eerste bordessteun en zet vervolgens deze afstand af op de plaats waar u wilt inkorten. Zet deze lijn door naar de achterkant en snijd vervolgens deze achterkant diep in. Als u diep hebt ingesneden kan de muur worden doorgebroken. Voor degenen die voor deze optie kiezen zal duidelijk zijn dat ook de dakplaat en eventueel lichtkap ingekort moeten worden. De verdere bouwbeschrijving is voor de ingekorte loods niet anders als voor de loods van vijf vakken.
Ingekort tot 3 vakken.
Nu moet uit de styreen plaat het dak worden uitgesneden. Hiervoor dient de A3 tekening als mal. Snijdt de dakhelft uit de tekening en plak deze tekening op de styreen plaat. Let op dat dit “economisch” gebeurt omdat de plaat niet al te veel overbemeten is. Ook de dakplaatjes van de lichtkap moeten eruit kunnen worden gehaald. Om asfalt banen te imiteren kunnen de banen ook in het styreen worden gesneden. Omdat elk resin product een afwijkende maat heeft, is het van belang de lengte van de buitenmuren voor de maatvoering te gebruiken. Zorg dat de dakhelften aan beide kanten 7mm langer zijn dan de buitenmuren.
In dit voorbeeld wordt gekozen voor een dak zonder lichtkap, de plaatsing van de lichtkap wordt aan het eind van dit verslag beschreven.
Lijm nu de dakplaten op de muren en kapspanten met secondenlijm. Ook nu moeten de onderkanten van de daken worden opgeruwd met schuurpapier.
Met de halfronde styreen strip wordt de nok op het dak gelijmd. Bij lijmen van styreen op styreen kan het beste met styreenlijm worden gewerkt.
Nu worden de windveren, schoorstenen en dakgoten aangebracht met secondenlijm
Vervolgens de trapjes naar de laadbordessen.
Enkele plaatjes om te laten zien hoe ver we nu zijn
Uit het ronde styreen staf worden de hemelwater afvoeren gemaakt. Maak er eerst één op maat en gebruik deze eerste om de andere te kopiëren. Breng ze vervolgens aan.
SCHILDEREN
Kijk op ook op onze schilder instructie op internet.
Schilderen is voor de gemiddelde Nederlandse modelspoorder een noodzakelijk kwaad en de resultaten zijn meestal ook niet direct fantastisch. Dit komt niet omdat schilderen moeilijk is maar omdat de traditie van schilderen nog niet erg groot is. Dit was ook zo bij bijvoorbeeld de militaire modelbouwers of in modelspoor landen waar geen Faller verkrijgbaar/gewenst was. Als je nu de resultaten ziet van de gemiddelde militaire modelbouwer of bijvoorbeeld de Engelse modelspoorder, dan kijk je je ogen uit. Meer talent? Nee oefening!!
Voor het schilderen zijn de volgende materialen nodig,
Terpentine, Humbrol of Revell enamel verven in de aangegeven kleuren, enkele penselen, klein (nr 1 of 2) medium (nr 3 of 4) en groot (nr 7of 8). Een plankje en keukenrol.
Pas nadat het hele gebouw in elkaar is gezet, (uitzondering zijn kozijnen, ramen en glas) wordt het geschilderd. (Op de afbeeldingen zijn de muren al in een eerder stadium geschilderd, maar onder normale omstandigheden wordt dit in dit stadium niet gedaan.) Eerst worden de buitenmuren, stenen trap en schoorsteen steenkleur geschilderd.
De onderkant van de kap wordt geschilderd. Eerst wordt er met een kleinere penseel een randje langs de stenen muur geschilderd, dan worden de grote vlakken met een grote penseel in kleur gezet.
De kapspanten en bordessen worden van kleur voorzien
Vensterbanken en sluitstenen worden van een kleur voorzien
Zo ook de hemelwater afvoeren
De daken worden geschilderd, ook hier weer eerst de randen en vervolgens de grote vlakken
De windveren, dakgoten en kozijnen worden geschilderd. Ook de deuren en ramen worden in deze fase geschilderd.
Nadat kozijnen, deuren en ramen zijn geschilderd worden ze in elkaar gelijmd en van glas voorzien. Het glas wordt uit de bijgeleverde folie gesneden.
Eventueel kan om het dak wat spannender te maken enkele banen in een iets afwijkende kleur worden geschilderd. Daarmee worden vernieuwingen gesuggereerd.
Alvorens verder te gaan moet de verf twee dagen zijn doorgehard! De volgende technieken zijn technieken die wat meer vergen van de modelbouwer. Ze zijn niet noodzakelijk maar indien juist toegepast levert het levensechte effecten op!
Nadat de loods in basiskleuren is geschilderd begint het verouderen/weatheren. Eerst wordt een wash van terpentine aangebracht. Deze wash bestaat uit sterk verdunde verf. Het is een 50/50 groen-zwarte verf die zover verdund is zodat slechts een vuile waas wordt aangebracht. Dit kun je doen door eerst de verfmix op het schilderplankje aan te maken en deze op het plankje met terpentine te verdunnen . Door deze wash worden de harde basis kleuren teruggebracht in intensiteit. Belangrijk is dat eerst een proefstukje wordt gedaan en pas als alles zeer subtiel is de vlakken van de wash worden voorzien. De wash wordt snel en vochtig aangebracht. Als de wash eraf spoelt is het te nat, het zal dan glimmend opdrogen. Als je het gevoel hebt dat het toch te nat is geworden kun je met een prop keukenrol het enigszins droogdeppen.
De wash accentueert de diepere delen van het model.
Nadat de wash goed droog is worden de muren gedrybrushed. Dit doe je door een droge penseel iets te dippen in dikke onverdunde verf. In draaiende bewegingen op een donkere ondergrond borstel je de penseel weer bijna droog. Test eerst even op een proefstukje of een oud huisje of de penseel vrijwel geen verfsporen afgeeft. Is dit het geval kun je voorzichtig gaan drybrushen op de goederenloods. Je zult door de hoekjes van muren en raamopeningen te drybrushen zien dat ze “oplichten”. Door nu ook de muurvlakken heel subtiel te borstelen, zonder al te veel druk uit te oefenen kun je zelfs de voegen laten oplichten.
Drybrushen accentueert de opliggende delen.
De combinatie donkere wash en lichte drybrush geeft een model diepte.
Regelmatig moet de kwast opnieuw worden “nat”gemaakt (vrijwel droog dus). Steeds opnieuw moet je eerst testen en dan pas op een hoek beginnen alvorens de muurvlakken te borstelen.
Gaat het mis dan kan, mits de ondergrond goed doorgehard is met terpentine de drybrush sporen worden schoon gemaakt. En na droging een nieuwe poging worden gedaan.
Nadat de loods volledig is verouderd worden de kozijnen/ramen/glas elementen geplaatst.
Tenslotte laten we nog de vervaardiging van de lichtkap zien. De beelden spreken voor zich alleen kan het zijn dat het etswerk van de ramen en de raam openingen niet goed bij elkaar passen. Indien dit het geval is moet het etswerk van de ramen in het midden doorgeknipt worden en kan het lange vierdelige raam gesplitst worden in twee tweedelige ramen.
Nadat de lichtkap is gemonteerd moet op het dak afgetekend worden welk deel uit het dak gesneden moet worden voor de lichtkap. Begin zuinig. Te klein is geen probleem, te groot wel.
Als je voorzichtig werkt kan er eigenlijk weinig mis gaan.
