Stap 4: Roest schilderen
Voor deze stap is een zeer fijn penseel nodig; 3×0 is bijvoorbeeld geschikt. Heeft u geen fijn penseel, dan kan een afgebroken satéprikker uitkomst bieden. Een satéprikker wordt gebroken; teveel uitstekende splinters wordt weggehaald , zodat een gelijkmatige “kwast” ontstaat. Het uiteinde wordt nu in het roestmengsel gedoopt; overtollige verf wordt gedept op een stukje keukenrol en nu wordt het uiteinde heel subtiel tegen het rijtuig gedrukt. Het resultaat is zeer kleine roestpuntjes, waarmee roest op een oppervlak kan worden nagebootstt.
1 van de krasjes in het dak van de voorbeeldwagen is erg hardnekkig en nog steeds hinderlijk zichtbaar na de vorige stappen. Besloten wordt om gebruik te maken van deze kras, door hem om te vormen tot realistische beschadiging. Voor deze stap wordt wat Humbrol 62, 113, en 33 in een bakje gedaan en net als bij de vorige stap wordt na iedere keer mengen van een nieuwe tint, een stukje op de wagen geschilderd. Schilderen is een groot woord, want deze stap moet zeer subtiel gedaan worden, zodat het resultaat niet direct zichtbaar is als “schilderwerk”. Op de penseel wordt slechts een minimale hoeveelheid verf gedaan en bijna droog aangebracht.
Niet alleen de kras op het dak wordt aangepakt, ook de rand van de postzegels wordt voorzien van wat subtiele roest-hints. De kenmerkende knik van de Stalen D zijwanden en raamranden lenen zich ook zeer goed voor wat fijne roestplekjes.